Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 23-01-2023

La FARGUE

betekenis & definitie

een schildersfamilie, werkzaam te ’s-Gravenhage in de tweede helft van de 18de eeuw, bestaande uit vier broers en een zuster. Paulus Constantijn (ged. 5 Jan. 1729 begr. 10 Juni 1782), Karel (ged. 10 Febr. 1734-begr. 30 Sept. 1793) en Jacobus Elias (geb. ca 1742) waren schilders en tekenaars van stadsgezichten en landschappen, vooral van ’s-Gravenhage en omgeving.

Zij waren typische t8de-eeuwse navolgers van de zorgvuldig geschilderde stadsgezichten van Jan van der Heyden. Paulus Constantijn was de meest bekende. Hij was tevens beroemd wegens bijkans niet te onderscheiden copieën naar 17de-eeuwse meesters, vooral naar Jacob Ruisdael. Isaac Lodewijkde la Fargue van Nieuwl and (ged. 27 Oct. 1726 einde 1805) schilderde, tekende en graveerde vooral portretten en portretgroepen. Maria Margaretha (ged. 29 Dec. 1743 na 1788) schilderde en tekende bij voorkeur genretaferelen; haar zelfportret in sepia bevindt zich in het Museum Boymans, Rotterdam (legaat Montauban van Swyndregt).DR D. HANNEMA

Lit.: R. van Eynden en A. van Willigen, Gesch. d. Vaderl. schilderkunst sed. de helft van de 18de eeuw, dl II (1817); J. Immerzeel Jr, De levens en werken der Holl. en Vlaamse kunstschilders, dl I (1842); Chr. Kramm, De levens en werken der Holl. en VI. kunstschilders, dl II (1857); A. von Wurzbach, Niederl. Künstlerlex. (1906); U. Thieme-Becker, Alg. Lexicon d. bild. Künstler, dl XI (1915); F. C. Waller, Biogr. Woordenb. v. Noord-Ned. graveurs, bewerkt d. dr W. R. Juynboll (1938); P. A. Scheen, Honderd jaren schilderen tekenkunst, (1947).

< >