(Jutfaas), Utrechtse gemeente van 2576 ha, met (1950) 11 680 inw., v.w. (1947) 4,2 pct Prot., 43,7 pct R.K. en 12,1 pct andersdenkenden bevat, behalve het dorp Jutphaas nog ’t Gein, Oude Gein, Hoog-Raven, Laag-Raven en West-Raven, terwijl een deel (1947: 7075) eigenlijk reeds voorstad van Utrecht is. De bodem bestaat uit klei.
De bewoners houden zich bezig met landbouw, veeteelt, groenteteelt, bloemkweken en industrie (aardewerk, steen, veevoeder).In het dorp Jutphaas, dat reeds in 1165 bekend was, trof men vroeger vele ridderhofsteden aan, die gedeeltelijk nog als buitenplaatsen en als boerenwoningen bestaan. Het dorp, dat aan de Vaartsche Rijn, hier één met het Merwedekanaal, gelegen is, telt 3775 inw. Op de plaats van de oude burcht Plettenburg werd in 1819 een fort aangelegd, dat tot de verdediginswerken van de Nieuwe Hollandse Waterlinie behoort.