Frans schrijver (Nantes 8 Febr. 1828 - Amiens 24 Mrt 1905), studeerde te Parijs in de rechten en ging in de effectenhandel, maar schreef tevens voor het toneel. Zijn waar talent toonde hij bij het schrijven van wonderbaarlijke reisverhalen, waaraan hij door grondige voorstudies een grote waarschijnlijkheid wist te geven en waarin hij soms uitvindingen veronderstelde, die later werkelijk gedaan zijn.
Met profetische blik heeft hij geschreven over luchtschepen en onderzeeboten, radio en gramofoon, op zodanige wijze, dat verscheidene uitvinders en ontdekkingsreizigers verklaarden door Verne’s geschriften tot hun ontdekkingen gebracht te zijn. Het eerste van deze werken was Cinq semaines en ballon (1863), waarna jaarlijks een of twee romans in Hetzel’s Magasin d’éducation et de récréation verschenen. Vertalingen van zijn werken verschenen in vrijwel alle talen, zelfs in het Chinees en Perzisch. In 1935 werd te Parijs opgericht de internationale Société Jules Verne, uitgeefster van een Bulletin de la Soc.J. V.; verschenen zijn afl. 1-13 (Paris 1935-1938). Ook in Nederland bestaat een afdeling dezer Société (secr.
C. Helling te Amsterdam).Bibl.: Voyage au centre de la terre (1864); De la terre à la lune (1865); Voyages et aventures du Capitaine Hatteras (1866); Les enfants du Capitaine Grant (1868); Vingt mille lieues sous les mers (1870); Le tour du monde en 80 jours (1873); L’Ile mystérieuse (1875); Michel Strogoff (1876) enz.; OEuvres complètes (1878— 1910, 82 vol.). Ned. vert.: Wonderreizen, 49 dln (Leiden enz. 1886-1891), herdr. 51 dln (Amsterdam 1895).
Lit.: E. Franquinet, J. V. Zijn persoon en zijn werk (Eindhoven 1942); C. Helling, J. V.’s voorgangers en navolgers, in: Litterair Paspoort III (1948); R.
Escaich, Voyage à travers le monde vemien (1951); M. Allotte de la Fuye, J. V., sa vie, son oeuvre (1953)
