[Lunaria annua L. syn. L. biennis Mönch.) is de naam van een tweejarige sierplant met grote hartvormige getande bladeren en meestal donkerpaarse, zelden witte bloemen uit de familie der Kruisbloemigen of Cruciferen, afkomstig uit Z.O.-Europa. De vruchten zijn hauwtjes ter grootte van een gulden en de vruchttrossen zijn, wanneer de vruchtkleppen verwijderd, doch de zilverachtige tussenschotten behouden zijn, zeer geschikt in winterboeketten.
De zaaitijd is Mei, daarna volgt verspening en uitplanting op 40 cm vóór de winter. De plant verdraagt geen brandende zon. Plaatsing tussen niet al te dichte struiken verdient de voorkeur. De bloeitijd valt in Mei van het tweede jaar; daarna sterft de plant in het najaar af. De takken snijdt men af, wanneer de zaadschijfjes bijna rijp zijn, waarna zij op een warme donkere plaats worden gedroogd.De tweede bekende soort van het geslacht Lunaria L., nl. de overblijvende L. rediviva L., van de Judaspenning vnl. verschillend door de aan de voet en de top spitse vruchten en in Midden-Europa te vinden, wordt eveneens als sierplant gekweekt.