Spaans historicus (Rincon del Soto, bij Calahorra 30 Mrt 1756 - Madrid 5 Febr. 1823), trachtte als secretaris-generaal van het H. Officie, d.i. de Inquisitie de praktijken van deze instelling te hervormen, hetgeen tot zijn ontslag leidde.
Na de opheffing van het H. Officie in 1820 kreeg Llorente de beschikking over een groot deel van de eeuwenoude archieven en ondernam hij zijn befaamd geworden Histoire Critique de l'Inquisition d’Espagne, depuis l'époque de son établissement par Ferdinand V jusqu’au règne de Ferdinand VII, tirée des pièces originales des archives du Conseil de la Suprème et de celles des Tribunaux subalternes du Saint Office (4 dln, Parijs 1817-1818). Het werk is in verschillende talen vertaald. Een Spaanse versie, in verkorte vorm (Compendio), verscheen in 2 dln (1823).Llorente heeft met zijn Historia heel wat stof doen opwaaien. Nog in 1881 werd hij op hartstochtelijke wijze bestreden door de jonge Marcelino Menéndez y Pelayo in diens Historia de los heterodoxos españoles.
PROF. DR C. F. A. VAN DAM
Lit.: z Inquisitie, Spanje; voorts: Noticia biografica de D. J. A. Llorente in dl I van het bovengen. Compendio; M. Menéndez y Pelayo, Historia de los heterodoxos españoles, 2de dr., dl VII (Madrid 1932).
