doofstommenpaedagoog (Schaffhausen 1669 - Warmond 1724), studeerde te Bazel, vestigde zich te Amsterdam als geneesheer en maakte zich vooral verdienstelijk voor het onderwijs aan doofstommen, dat hij als eerste op wetenschappelijke basis doceerde. Hij leerde doofstommen het spreken, door hen te gewennen acht te geven op de bij elke klank veranderende positie der mondorganen.
Later woonde hij op een buitenverblijf te Warmond bij Leiden. Hij schreef: Surdus loquens, enz. (1692) en Dissertatie) de loquela, enz. (1700). Men bezit van hem nog een uitnemende uitgave van de werken van Celius Aurelianus (verschenen Amsterdam 1709) met aantekeningen en commentaren van Almeloveen.