Frans stichtelijk schrijver (Parijs 1582 - 1653), werd reeds op 26-jarige leeftijd bisschop van Belley (Ain), maar deed van het episcopaat in 1628 afstand en trok zich terug in het „Hospice des Incurables” te Parijs om zich aan armenzorg te wijden. Hij heeft polemische en stichtelijke werken geschreven, o.a. tegen de bedelmonniken en godsdienstige romans om het kwaad te bestrijden, dat de profane romans veroorzaakten.
Bibl.: Le Rabat-joie du triomphe monacal; L’Antimoine bien préparé; L’Esprit de Saint Francois de Sales (wiens vriend en leerling hij was); Agatomphile, ou les Martyrs Siciliens (1623); Palombe, ou la femme honorable (1624; herdr. door H. Rigault, 1853); L’Iphigène (1625); Mariamne (1629); Hermiante ou les deux ermites contraires.
Lit.: Abbé F. Boulas, Un moraliste chrétien (J.-P. C.) (Lons-le-Saulnier, 1878); A. Bayer, J.-P.
C., sein Leben und seine Romane (Leipzig 1906); H. Brémond, La querelle du pur amour au temps de Louis XIII, Antoine Sirmond et Jean-Pierre Camus (Paris 1932); G. Joppin, Une querelle autour de l’amour pur; J. P.
Camus (Bordeaux 1938).
