zeer belangrijk muziekpaedagoog van de middeleeuwen (Arezzo ca 990 - Avellano 17 Mei 1050?), genoot ca 1000 zijn eerste religieuze opleiding te Pomposa in Noord-Italië; omdat hij er zijn paedagogische vindingen niet kon propageren, ging hij naar Arezzo, waar hij tot leraar aan de kathedraal werd aangesteld. Hier begon hij de wereldpropaganda voor zijn methode en schreef hij zijn werken.
Al is hij niet de eerste geweest, die gebruik maakte van een lijn voor de muzieknotatie, zeker is, dat een bepaald vierlijnig notatiesysteem door hem werd ontworpen en gepropageerd, zodat het binnen een eeuw in West-Europa was ingeburgerd. Guido verbreidde deze notatie met een door hem ontworpen methode voor het toonbewust horen d.i. een eerste methode voor het opschrijven en aflezen van melodieën; hierin maakte hij o.m. gebruik van de eerste lettergreep van de versregels ener hymne (z solmisatie). Deze methode heeft hij vastgelegd in een brief aan monnik Michael en in een Voorrede op een volgens zijn notatiewijze geschreven Antiphonarium. Zijn muziekleer, de Micrologus, die hij voor de schoolknapen ook in verzen schreef, werd tot de 14de eeuw het meest verbreid muziektractaat. Hoogstwaarschijnlijk ten onrechte worden hem meer dan één geschrift toegeschreven, alsmede verschillende paedagogische vondsten, zoals het gebruik van de zgn. Guidonische hand: een afbeelding van de linkerhand, waar op de leden der vingers de toonletters (later met toevoeging van de kwint- en kwarttoonletter) waren aangebracht; zij werd gebruikt om de tonen, de toonopeenvolging, ook bij kwart- en kwinttranspositie (zgn. mutatie), gemakkelijk te doen onthouden.
Lit.: A. Brandi, Guidone Aretino (1882); M. Manitius, Gesch. d. lat. Literatur d. Mittelalters II (1923), 748; P. Grossmann, G. v.
A., seine Stellung i. d. Musikgesch. (1927); H. Wolking, G.’s Micrologus und seine Quellen, diss. München (1930); J. Smits v. Waesberghe, Schooien Muziek in de Middeleeuwen (1949), 63.
Uitg. van bovengen, werken in Gerbert, Scriptores de Musica II (1784) en door J. Smits v. Waesberghe in: Corpus Scriptorum de Musica, I (Roma 1950).