sophist uit Leontinoi (het huidige Lentini) op Sicilië (ca 483-375 v. Chr.), een der beroemdste redenaars en leermeesters der redekunst uit de Oudheid, die overwegende invloed heeft uitgeoefend op de vorm van het Griekse kunstproza met name door de naar hem genoemde (Gorgiaanse) stijlfiguren (bijv. antithese, assonantie enz.).
Als hoofd van een gezantschap, dat voor zijn vaderstad hulp kwam vragen, trad hij in 427 te Athene op, werd daar zeer bewonderd en kreeg op een reis door Griekenland vele leerlingen. Plato bestrijdt zijn filosofisch weinig gefundeerde beginselen en theorieën, die hij verkondigde in voordrachten en in enkele geschriften (Over het niet-zijnde of de natuur). Een leerboek der rhetorica was zijn Techne; enkele fragmenten van redevoeringen zijn bewaard. Plato heeft een dialoog Gorgias aan hem gewijd.Bibl.: Die Fragmente der Vorsokratiker, II (5de dr. 1935), blz. 235 vlgg.
Lit.: H. Gomperz, Sophistikund Rhetorik (1912), blz. 1 vlgg.; W. Schneidewin, Das sittliche Bewusztsein. Ein G.-analyse (I937); Th.
S. Duncan, G. theories of art, in: Glass. Journal XXXIII (1938); E. Dupréel, Les Sophistes: Protagoras, G., etc. (Paris 1948).