L. of Zwaardlelie, Gladiool, behoort tot de familie der Iridaceeën: zwaardvormige bladeren, de onderste grondstandig; bloeiwijze een aar, veelbloemig; bloemen in de oksels van schutbladen, van onderen naar boven opengaand, meerdere gelijktijdig open, meestal naar één zijde gekeerd, soms tegenovergesteld, soms verspreid, onregelmatig gebouwd, met sterk gebogen bloemdek, meeldraden en stamper; tweede krans meeldraden ontbreekt; vruchtbeginsel onderstandig; openspringende doosvrucht met platte, gevleugelde zaadjes, in reeksen boven elkaar; ondergrondse, vliezig gerokte stengelknollen, veelal met kralen en trekwortels. Het aantal soorten bedraagt meer dan 160, waarvan een 15tal in Zuid-Europa en Z.W.-Azië, w.o. Gl. byzantinus Miller, alle andere in Afrika, vooral in zuidelijk Afrika.
Door import van deze soorten in West-Europa verkregen de kwekers door onderlinge hybridisatie en kruising vooral van de kleurrijke, grootbloemige Afrikaanse soorten een zeer groot aantal cultuurvormen: vroegbloeiende (in Juni/Juli) en laatbloeiende (in Juli-Oct.). Door de veelvuldige kruisingen vervaagden de onderlinge groepsverschillen steeds meer, zodat men thans vrijwel alleen nog spreekt van vroeg- en laatbloeiende, èn van klein- en grootbloemige „gewone” en ,,primulinus”-gladiolen.Gladiolen worden op grote schaal geteeld: beplant oppervlak in de laatste jaren ca 1200 ha. Belangrijkste teeltcentra: Noordwijk, Sassenheim, Lisse, Hillegom, Beverwijk, Heemskerk, Bovenkarspel, Andijk, Anna Paulowna.
Gladiolus knollen zijn zeer vatbaar voor ziekten. Worden de knollen bij het rooien beschadigd en niet snel genoeg gedroogd dan treedt de Botrytis-ziekte (Botrytis gladiolorum) of Penicillium gladioli op. De eerste ziekte geeft aanleiding tot rottingsverschijnselen, die in de practijk met verschillende namen o.a. met koprot, dove ogen, holle harten worden aangeduid. Andere rottingsverschijnselen worden veroorzaakt door Sclerotinia gladioli en de bacterie Pseudomonas marginata.
Veel schade doet de thrips (Taeniothrips gladioli) die vnl. op de bladscheden lichte vlekjes veroorzaakt en de bloempunten doet verdrogen.
Lit.: Cornell Extension Bulletin (Dec. 1916), Gladiolus Studies I, II, III; Mededeling Nr 52, Periodieke ontwikkeling van Glad. hybr. var. Vesuvius v/h Laboratorium voor plantenphysiologisch onderzoek te Wageningen (1937); De publicaties van de plantenziektekundige dienst te Wageningen; De Tuinbouwgids, uitgave v/d Afd. Tuinbouw v/h Dept. van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening (Den Haag).