(Hieronymus Fabritius), Italiaans ana toornen embryoloog( Acquapendente 1533 - Venetië 21 Mei 1619), studeerde te Padua, waar hij zijn leermeester Falloppio (gest. 1562) als docent in de anatomie en chirurgie in 1565 opvolgde. Zijn studies omtrent de omloop van het bloed en met name over de aderen hadden krachtige invloed op zijn voornaamste en bekendste leerling, de Engelsman William Harvey*.
Fabrizio’s roem berust vooral op zijn doceergave; zijn eigen ontdekkingen wist hij niet tot haar logische conclusie te brengen. Hij is wel genoemd de „werkelijke grondlegger van de moderne embryologie”. Tot zijn werken behoren De visione, voce et auditu (1600), De formato foetu (1600), De venarum ostiolis (1603), De formatione ovi et pulli (1621).Bibl.: Opera chirurgica (Parisiis 1613, Lugduni Bat. 1628, ald. 1723, Ned. vert.: De chirurgicale operatiën, ‘s-Gravenhage 1630, herdr.: Heelkonstige werkingen, Rotterdam 1661, Franse vert. 1658, Duitse vert. 1716); Opera omnia anatomica et physiologica (Padua 1625, Lipsiae 1687, Lugduni Bat. 1737 door B. F. Albinus, volledigste uitg.).
Lit.: G. Romiti, Les mérites anatomiques de Jer. F., in: Arch. ital. biol. III (1883); K. Kassei, Die Nasenheilkunde desH. F., in: Janus XI (1906).