is de naam van een Germaans volk, dat verwant was met de Goten en aanvankelijk aan de Weichselmond gevestigd was. In de tweede helft van de 3de eeuw trokken zij zuidwaarts onder de leiding van hun koning Fastrida, versloegen de Bourgondiërs, maar moesten voor de in Dacië gevestigde Goten wijken.
Zij stonden vooraan onder de met Attila verbonden volken, maar na diens dood (453) wisten zij onder hun koning Hardarik het juk der Hunnen af te werpen (453 n. Chr.) en zij vestigden zich in Dacië. In 567 werd dit rijk vernietigd door de Langobarden, die zich met de Avaren verbonden hadden. Het volk verloor daardoor zijn zelfstandigheid en ging deels in de Langobarden, deels in de Avaren op.Lit.: L. Schmidt, Gesch. der deutschen Stämme I: Die Ostgermanen (2de dr., 1934, 3de dr. 1941).