Engels historicus (Londen 14 Jan. 1850 - Oxford 8 Mei 1904), bezocht Christ Church College te Oxford en werd toegelaten als advocaat in 1874. Van 1874-1894 doceerde hij recht en economie aan Christ Church College.
Hij verwierf zich een grote reputatie als kenner van de middeleeuwse en nieuwe geschiedenis en werd in 1894 professor in de nieuwe geschiedenis in Oxford, als opvolger van J. A. Froude.Hij was een uitzonderlijk belezen man van ongemeen grote kennis op vele en ver uiteenliggende gebieden, zoals moderne Franse poëzie, Japanse kunst, Oud-IJslandse taal- en letterkunde, het Perzisch en het Oud-Iers en was bevriend met vele, ook buitenlandse, kunstenaars en geleerden (o.a. Gudbrandr Vigfusson, E. Verhaeren, Rodin, Jules Vallés). De omvang van zijn kennis is een legende in Oxford, maar ofschoon hij wel boekbesprekingen leverde voor het tijdschrift „Academy”, heeft hij in geschrifte zeer weinig van belang nagelaten.
Bibl.: England from the Earliest Times to the Death of Henry VII (1885).
Lit.: Oliver Elton, F. Y. P., a Life and a Selection from his Letters and Occasional Writings, 2 vol. (1906).