Onder bepaalde omstandigheden van verlichting en waarneming is het mogelijk dat bepaalde details van de structuur van het inwendige van het oog door de bezitter van dat oog zelf worden geobserveerd. Men spreekt dan van entoptische verschijnselen.
Zo is het mogelijk, dat iemand onder bepaalde omstandigheden onregelmatigheden in de structuur van de lens van het oog, van het glasachtig lichaam en van het netvlies van zijn eigen oog observeert, terwijl het ook mogelijk is dat iemand de schaduwen, die zijn netvliesvaten op zijn eigen netvlies werpen, waarneemt. In vele normale ogen bevinden zich zeer kleine troebelingen van het glasachtig lichaam, die langs entoptische weg aanleiding geven tot de soms zo hinderlijke „Mouches volantes”. Op het gebied van entoptische verschijnselen heeft Johannes Evangelista Purkinje (1787-1869) zich door zijn uiterst nauwkeurige waarnemingen grote verdiensten verworven.Lit.: J. E. Purkinje, Beobachtungen u. Versuche z. Physiologie d. Sinne (1819); Neue Beiträge z. Kenntnis d. Sehens in Subjekt. Hinsicht (1825); Sir St Duke Eider, Text-Book of Ophthalmology Vol. I, p. 806-818 (London 1938).