Oostenrijks geoloog (Londen 20 Aug. 1831 - Wenen 26 Apr. 1914), was de zoon van een Saksische wolimporteur. Hij kwam later in Praag en in 1845 in Wenen, waar hij de grootste geoloog van de 19de eeuw werd.
Gedurende 34 jaren, tot 1901, was hij er professor. Naast talrijke andere wetenschappelijke verhandelingen, w.o. Die Entstehung der Alpen (1875), schreef hij het meest omvattende geologische werk, dat ooit door één geoloog geschreven is: Das Antlitz der Erde (4 dln, 1882-1909). Daarin heeft hij getracht de bouw en de geschiedenis der gehele aardkorst te beschrijven en te analyseren. Suess heeft de grote trekken vastgelegd en zijn werk zal nog vele jaren een gids zijn voor ieder, die zich wil oriënteren over de geologie van een of ander gebied op aarde. Het werk is met aanmerkelijk meer bibliografische aantekeningen en veel meer figuren dan in de originele uitgave door Emm. de Margerie e.a. in het Frans vertaald (1912-T8). De Franse uitg. La Face de la Terre (ruim 13000 blz., 583 figuren en 12 gekleurde kaarten) is de bruikbaarste van dit moeilijke, maar onontbeerlijke werk. Suess was overigens meer dan dertig jaren lid van het Oostenrijkse parlement.