is de schrijver van een kroniek van Vlaanderen, welke de gebeurtenissen van de 9de eeuw tot 1436 behandelt en die, naderhand voortgezet, tot de Excellente Cronike van Vlaenderen (Antwerpen 1531) is uitgegroeid. De tekst er van werd in 1839 door [i]J.
Lambin [/i]te Ieper uitgegeven, het laatste deel bovendien in 1856 door J. J. de Smet herdrukt. Een bijna ongewijzigd afschrift, dat door een onbekende tot 1468 was voortgezet, werd in 1839-1840 door C. Serrure en Ph. Blommaert te Gent uitgegeven. Over de auteur heerst meningsverschil; sommigen houden hem voor de kanunnik van S. Maartens te Ieper, die in de tweede helft van de 14de eeuw geboren, ca 1436 overleden is; anderen beweren dat hij te Brugge geleefd heeft.Lit.: V. Fris, Ontleding van drie Vlaamsche kronijken (Gent 1900).
