Dictamnus L. is de naam van een plantengeslacht uit de familie der Rutaceeën. Het onderscheidt zich door een zygomorphe bloem met een 5-delige kelk, 5 lang genagelde, iets ongelijke bloembladen, 10 neergebogen meeldraden en door 5 nagenoeg vrije vruchtbladen, die zich als kokervruchten openen, waarbij de zaden weggeslingerd worden. Er behoort slechts één soort toe:
D. albus (Fraxinella) L., met een stevige wortelstok, een stengel ter hoogte van ¼ - ½ m verspreide, onevengevinde bladeren met ovale, gezaagde blaadjes. De rozerode of witte bloemtrossen zijn overal met rode, kleverige kliertjes bezet, die een aangenaam riekende olie bevatten, die licht ontvlambaar is. Vandaar de naam Vuurwerkplant. Dit gewas groeit in Zuid-Europa en gematigd Azië op rotsachtige gronden en schrale berghellingen. De wortel werd vroeger onder de naam Radix Dictamni als een sterk prikkelend middel in de geneeskunde gebruikt. De jonge bladeren worden in Siberië als theesurrogaat gebezigd.
