Nederlands tekenaar (Gouda 15 Juli 1914), bezocht de kunstnijverheidsschool te Amsterdam en de Rijksakademie voor Beeldende Kunsten, maakte reizen naar Frankrijk en Italië, was van 1942-1945 te ’s-Gravenhage gevestigd, daarna te Amsterdam. Hij vormt met Spier en Doeve de trits van Nederlandse tekenaars en illustrators, welke men zonder overdrijving de knapste van hun tijd kan noemen.
Hij is van hen de meest lyrische, de meest literaire en ook de meest eenzijdige, voor zover het zijn onderwerpen betreft. Portretten en vrouwelijk naakt tekent hij bij voorkeur, slechts weinige stillevens en landschappen kent men van hem. Naar de techniek is zijn werk te verdelen in penseeltekeningen, pentekeningen en gouaches. In de penseeltekeningen kiest hij zich de oude Japanners tot voorbeeld en met weinige toetsen tracht hij een stand of een beweging van het menselijk lichaam aan te geven. Het is niet te verwonderen, dat hij soms aan een Rik Wouters* verwant is (bijv. in zijn vele tekeningen van een vrouw op een ouderwetse canapé). A. GLAVIMANS