is één van de oudst bekende werkwijzen der emailleurs. Op de recipiënt worden kastjes (cloisons) van metaaldraad gesoldeerd.
Tussen deze cloisons worden de kleurige emails laagje na laagje ingebrand. Wanneer het email de hoogte der draadjes bereikt heeft wordt de oppervlakte met carborundum geslepen. Ten slotte wordt „glansgebrand” of op de electrische polijstmotor met lindenhoutschijven gepolijst. Volgens een ander procédé wordt de recipiënt eerst met een dunne kleurloze email-onderlaag bedekt, waarna de cloisons gedeeltelijk in deze onderlaag ingebrand worden.
De ruimte tussen het uitstekende gedeelte der cloisons wordt als boven beschreven verder behandeld. Het zgn. draad-email is een variatie van het cloisonné. Hierbij is meest ronde draad toegepast, terwijl het email niet tot de hoogte der draden wordt ingebrand. Het draad-karakter blijft hierbij bewaard (Hongarije;.F. ZWOLLO JR
Lit.: J. Hammes, Goud, Zilver, Edelstenen (2de dr., Haarlem, 1946).
