Amerikaans zeeofficier en ontdekkingsreiziger (New York 3 Apr. 1798 Washington 8 Febr. 1877, ging in 1818 in marinedienst. Hij verkreeg bekendheid als leider der „United States Exploring Expediton” (1838-1842) naar de zuidelijke zeeën, de eerste door de Amerikaanse regering uitgeruste wetenschappelijke expeditie, welke met zes schepen uitvoer.
De expeditie, ofschoon schandelijk onvoldoende uitgerust (o.m. moest een der schepen, als onzeewaardig, reeds spoedig terugkeren), bleef vier jaar uit en boekte belangrijke resultaten; talrijke eilanden in de Pacific werden bezocht en twee maal drong men het Zuidpoolgebied binnen, eerst in de buurt van Graham-land, later van Nieuw-Zeeland uit. Op deze laatste tocht voer Wilkes met grote volharding geruime tijd langs dat gedeelte van het Zuidpoolcontinent dat thans zijn naam draagt.Zijn daar gedane ontdekkingen werden naderhand herhaaldelijk bestreden, doch al moeten sommige zijner waarnemingen op dwalingen hebben berust, werden andere bevestigd en zijn verdiensten vinden thans algemeen erkenning. Wilkes’ verdere leven had een vaak stormachtig verloop, mede omdat hij de autoriteiten herhaaldelijk tegen zich innam; anderzijds vond hij echter warme bewonderaars en verdedigers. Bij zijn dood had hij de titulaire rang van schout-bij-nacht.
K.W.L. BEZEMER
Bibl.: Narrative of the U. S. Exploring Expedition (Philadelphia 1845, 5 dln); Western America, including California and Oregon (1849); The Theory of the Wind (1855); Theory of the Zodiacal Light (1857); On the Circulation of Oceans (1859).
Lit.: W. H. Hobbs, Wilkes Land Rediscovered (Geogr. Review 1932); D. C. Haskell, The U.
S. Exploring Expedition 1838-1842 and its Publication 1844-1874 (New York 1942).