Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

CARTAGENA

betekenis & definitie

(1), havenstad, badplaats en vesting in de Spaanse provincie Murcia, aan een diepe baai der Middellandse Zee en aan de spoorweg naar Murcia, wordt door een hoge wal met acht poorten omgeven. In de stad liggen o.a. acht, meest vervallen kloosters.

Op de achtergrond der haven verheffen zich op een zandsteenrots de bouwvallen van een oud kasteel, door de Carthagers gesticht, terwijl de haven zelf (middellijn ca 6 km) alle overige van Spanje overtreft. Vóór haar mond ligt het eiland EsQombrera. De voornaamste uitvoerartikelen zijn esparto-gras, lood, ijzererts, galmei en sinaasappelen. De stad is de zetel van een bisschop.

De nijverheid omvat o.m. loodgieterijen, en samen met het oostelijk gelegen La Union metallurgische bedrijven, waarvoor het ijzer uit de omgeving, de steenkool echter uit het buitenland wordt aangevoerd. Niet ver er vandaan liggen de als Pinates bekende zoutgroeven en de baden van Archena.De stad werd door Hasdrubal in 228 v. Chr. gesticht en door hem met de naam van Carthago Nova bestempeld. Cartagena werd in 219 v. Chr. door Publius Scipio (de latere overwinnaar bij Zama) veroverd en later onder de naam Colonia Victrix Julia, hoofdstad der kolonie, nadat zij eerst de hoofdstad der provincie Hispania Citerior had gevormd.

De stad was rijk door de zilvermijnen in de omtrek en voerde uit zilver, lood, het voor touw gebruikte esparto-gras en een uit makrelen bereide vissaus. In de Moorse tijd vormde zij een afzonderlijk vorstendom en in 1264 werd zij definitief door de koning van Aragon veroverd. In 1873 maakten zich de socialistische opstandelingen van Cartagena meester, doch werden er door de regeringstroepen belegerd, en, nadat de revolutionnaire junta naar Algiers gevlucht was, gaf de stad zich (1874) over.

(2), vroeger de las Indias of Cartagéna la Nueva, hoofdstad van Bolivar (een dep. der Zuidamerikaanse republiek Colombia), is ten N.O. van de Golf van Dariën op een zandige landtong gelegen en door een brug verbonden met de door Indianen bewoonde voorstad Xerimani. Zij is ingesloten door oude, uitgestrekte vestingwerken, maar is goed gebouwd, bezit vele kerken (waaronder een prachtige hoofdkerk) en kloosters en een universiteit. De haven (de beste der gehele kust) is door een kanaal met de Magdalenarivier en alzo met het binnenland verbonden. Lange tijd vormde Cartagena dan ook de belangrijkste havenstad van Colombia, maar sedert de stichting der vrijhaven Sabanilla is de plaats meer en meer in verval geraakt.

Het heeft 84 987 inw.

Cartagena werd in 1533 door de Spanjaard Pedro de Heredia gesticht, doch reeds in 1585 door Francis Drake veroverd en verbrand. Weldra herbouwd moest zij in 1697 zich overgeven aan de Fransen, die haar vestingwerken vernielden. Nadat zij zich van de Spaanse Kroon losgerukt en bij de opstandelingen gevoegd had, verscheen generaal Morillo in Aug. 1815 voor haar poorten, doch eerst in Jan. 1816 gaf zij zich over, door hongersnood gedreven. In Juli 1820 werd zij wederom belegerd door de Republikeinen onder Montillo; na een langdurige blokkade opende zij 26 Sept. 1821 haar poorten en onttrok zich hierdoor voorgoed aan het gezag van Spanje.

< >