Sir, luit.-admiraal der Britse Marine (Hampton Court, Middlesex, 20 Jan. 1883 - bij vliegramp 2 Jan. 1945), diende in Wereldoorlog I, en bracht het aanvankelijk tot schout-bij-nacht; werd in 1938 gepensionneerd, maar bij het uitbreken van Wereldoorlog II weer in actieve dienst teruggeroepen. Belast met het commando te Dover, voerde hij het bevel over de Britse evacuatie te IJmuiden en Hoek van Holland en later te Boulogne, Calais en in de befaamde operatie te Duinkerken (waarbij 335 000 man werden afgevoerd).
In 1942 werd hij „deputy” van admiraal Cunningham bij de landingen in Noord- en West-Afrika en leidde vervolgens de aanval op Sicilië. Dit voerde tot zijn benoeming tot „Opperbevelhebber van de Geallieerde Zeemacht” bij de grote landing in Normandië op 6 Juni 1944, welke hij met grote kundigheid voorbereidde en tot uitvoering bracht. Zijn taak was hiermede niet afgelopen; het openhouden van de zeeverbinding tussen het bruggenhoofd en de Britse havens bleef nog lange tijd de hoogste eisen stellen aan zijn organisatietalent. Midden in dit werk verongelukte hij bij een vliegramp.KAPT. T/ZEE F. s. W. DE RONDE
Lit.: Cdr. Kenneth Edwards R.N., Seven Sailors.