I koning van Asturië in NoordSpanje (788-791), kon niettegenstaande voortdurende aanvallen van den Mohammedaansen emier van Córdoba, Hichem I, stand houden in zijn bergachtig koninkrijkje, waaruit later León en Castilië zouden ontstaan.
II, koning van León in N.W.-Spanje (982ggg), heerste ook over Castilië en werd gekroond in de hoofdstad van dit gebied, Santiago de Compostela. Hij moest eerst schatting betalen aan het kalifaat van Córdoba. Toen hij trachtte zich aan deze verplichting te onttrekken werd hij door Almanzor, die het kalifaat bestuurde uit naam van den zwakken Hichem II, verslagen, en León, zijn hoofdstad, bezet. In 997 drong Almanzor zelfs door tot Compostela, dat door de aanwezigheid vanderelikwieën van den Apostel Jacob, na Rome, de voornaamste bedevaartplaats van het W. was geworden. De toestand van het Spaanse Christelijk rijk van het N.W. was volkomen hopeloos. Het werd alleen gered door de dood van Almanzor in 1002.
III, was de laatste koning van León, dat bij zijn dood, in 1037, verenigd werd met Castilië.
