Nederlands Anglist (Haarlem 9 Febr. 1863 - Amsterdam 28 Oct. 1947), was eerst leraar in het Engels,
lector te Groningen 1905-T3, en hoogleraar te Amsterdam i9i3-’33- Hij was een zeer vruchtbaar schrijver en een internationaal bekende autoriteit op het gebied van de geschiedenis van het Engelse drama, van de Angelsaksische en moderne lexicologie en van de algemene vogelkunde (in het bijzonder van de valkerij).
Bibl.: A Short Hist. of Engl. lit. (Groningen 1900, 5de dr. 1918); De valk in de iconographie (Maastricht 1926); Eng. woordenboek, I: Eng.-Ned. (Zutphen 1933); De valkerij in de Ned. (Zutphen 1937); Ned. geslachtsnamen (Zutphen 1942). Tekstuitg.: J. Vanbrugh, ed. with introd. and notes (1896); A. Brewer, The Love-sick King (Louvain 1907); (R. Green) The Scottish History of James IV (1921, met W. W. Greg); S. Tuke, The Adventures of Five Hours (Amsterdam 1927); Adelard of Bath, De cura accipitrum (Groningen 1937). Talloze art.
Lit.: P. Harting, In memoriam Prof. S.f in Neophilologus XXXII (1948).