is een rijk versierd Karolingisch manuscript uit het einde der 9de of het begin der 10de eeuw, stammend uit de onder koning Karel gestichte schrijvers- en verluchtersschool van Metz. Men veronderstelde vroeger, dat het voor Ada, de zuster van Karel den Grote zou vervaardigd zijn.
De stijl blijkt vooral uit de vier Evangelistenvoorstellingen, welke in versiering en ordannantie op de Italiaanse miniaturen teruggaan, doch die in gelaatsuitdrukking, vorm der ogen en handen een geheel eigen karakter bezitten. De kleuren zijn met vrij zware dekverf opgebracht. Het handschrift bevindt zich te Trier en heet meestal „Codex aureus Trevirensis”.Lit.: Janitschek, Die Trierer Ada-Handschrift (Berlin 1889).