is de naam van den hoofdpersoon van een volksverhaal. Dit laatste is van Franschen oorsprong en vermeldt, dat ridder Raoul, op reis gaande, aan zijne gemalin den gouden sleutel van een vertrek toevertrouwde met het bevel, om er geen gebruik van te maken. Door nieuwsgierigheid gedreven, ontsloot zij die kamer en liet, daar zij er sporen van moord opmerkte, van schrik den sleutel in een bloedplas vallen.
Vruchteloos beijvert zij zich, om den sleutel van bloedvlekken te zuiveren. Haar echtgenoot merkt daardoor op, bij zijn terugkeer, dat zij ongehoorzaam is geweest, en brengt haar om het leven. Vijf andere vrouwen zijn evenmin tegen de proef bestand en ondergaan hetzelfde lot. De wreedaard wil eindelijk ook zijne zevende vrouw wegens dezelfde overtreding vermoorden, doch hare broeders snellen haar te hulp en doen Blaauwbaard sneven. Grétry heeft daaraan het onderwerp ontleend van zijne opera “Raoul”, en ook anderen hebben deze stof op eene dichterlijke wijze bewerkt.