Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 12-01-2018

Asperen

betekenis & definitie

Asperen, eene baronnie, in het oostelijk gedeelte van Zuid-Hoiland en aan de grenzen van Gelderland gelegen, behoorde voorheen tot het graafschap Teisterbant en alzoo aan de heeren van Arkel (zie onder dezen naam). Toen na den dood van heer Jan van Arkel in 1122 diens goederen onder zijne 3 zonen verdeeld werden, viel Asperen ten deel aan Folpert. Het werd door Otto, den vijfden heer, opgedragen aan den Graaf van Holland en is na dien tijd een Hollandsch leen gebleven.

In het midden der 15de eeuw werd de baronnie in 2 deelen gesplitst, daar de twee dochters van den heer van Asperen, gehuwd met Rutger van den Boetselaar en Arend Piek, ieder eene halve heerlijkheid ten huwelijk bragten. Niet lang daarna verviel de helft, aan Arend Piek toebehoorende, door verbeurdverklaring aan Karei van Bourgondië en vervolgens aan Maximiliaan van Oostenrijk, die dit gedeelte wederom afstond aan den bezitter van de andere helft, namelijk aan Wessel van den Boetselaar. In den loop der tijden heeft Asperen toebehoord aan de Hollandsche geslachten Arkel, : Polanen en Langerak, aan het Kleefsche geslacht van den Boetselaar, aan het vorstelijk geslacht Bourgondië, en het Geldersche adellijk geslacht Piek.

Bij het stadje Asperen verhief zich weleer een slot of kasteel, Waddestein genaamd, niet ver van de Heukelomsche poort. De stichter is onbekend. Het werd in 1204 door graaf Willem I van Holland verwoest, maar later hersteld en eindelijk door de Franschen in 1672 vernield. Het stadje zelf — thans aan de Linge in de nabijheid van een fort met wapenplaats gelegen en 1250 zielen tellende — heeft in onderscheidene oorlogen veel geleden. Vele burgers verloren het leven in den strijd tusschen Piek en Boetselaar (1480),— vervolgens had zij veel te lijden door een inval van den Zwarten hoop (1517), die er gruwelijk huis hield, — toen van de Spanjaarden (1574), die er Quirinus de Palme, leeraar der Hervormde godsdienst, vermoordden, en eindelijk in 1672 van de Franschen, die er eene geweldige brandschatting vorderden.

< >