Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 19-03-2018

Arnhem

betekenis & definitie

Arnhem, de hoofdstad der Nederlandsche provincie Gelderland, is op den regteroever van de Rijn en aan den voet der Veluwsche bergen op een zeer bekoorlijk plekje gelegen en heeft eene bevolking van omstreeks 30.000 zielen. Behalve het provinciaal bestuur heeft men er een provinciaal geregtshof, eene arrondissements-regtbank en een kantongeregt.

Tot de merkwaardige gebouwen behooren er de St. Eusébius-kerk met een hoogen toren, voorzien van een fraai klokkenspel, en met de schoone marmeren graftombe van Karel van Gelder, den laatsten hertog uit het Huis van Egmond (♰1538), — het Duivelshuis, door Maarten van Rossem gesticht en thans die­nende tot Gemeente-bibliotheek, — het groote, nieuwe Musis sacrum, voor concerten en tentoonstellingen bestemd, — het Paleis van Justitie, —het stationsgebouw van den Rijn­spoorweg, enz.

De spoorwegen uit Holland, uit Friesland en uit Duitschland hebben te Arnhem een vereenigingspunt. Voorts ligt er eene schip­brug over de Rijn. De stad is als het ware omkransd door prachtige buitenplaatsen, zooals Sonsbeek, Klarenbeek, Biljoen, Beekhui­zen, enz., die in het schoone jaargetijde talrijke bezoekers derwaarts lokken. Ook is zij eene geliefkoosde verblijfplaats voor hen, die met een aanzienlijk vermogen uit Indië naar het Vaderland terugkeeren. De bevol­king van Arnhem is dan ook in de laatste 40 jaren meer dan verdubbeld, en men ziet er nog gedurig nieuwe en fraaije gebouwen ver­rijzen.

Arnhem is de zetel eener belangrijke nij­verheid. Men vindt er eene fabriek van stoom- en andere werktuigen, 2 ijzergieterijen, 2 balansen-fabrieken, eene brandspuiten-fabriek, 2 geweermakerijen, 10 boek- en steendruk­kerijen, eene lettergieterij, 23 meubelmake­rijen, 18 sigarenmakerijen, eene rijtuigfabriek enz.

Deze stad verwierf stedelijke regten in het jaar 1223 en was weleer de zetel der hertogen van Gelderland. De vestingwerken, door Karel van Egmond aangelegd, zijn door prins Maurits en door Coehoorn aanmerkelijk verbeterd. Niettemin is Arnhem in 1672 bijna zonder slag of stoot ingenomen door de Franschen onder Turenne, en in 1813 hebben de Pruissen onder generaal Bülow haar stormen­derhand aan de Franschen ontrukt. De wallen zijn er gedeeltelijk ten tijde van Lodewijk Napoleon, gedeeltelijk in de dagen van koning Willem I in fraaije plantsoenen herschapen of met gebouwen bezet.

Men vindt te Arnhem eene Latijnsche school, eene hoogere burgerschool en eene kweek­school voor onderwijzeressen; nabij de stad ligt het invalieden-huis Bronbeek.