Albuquerque (Alfonso d’), een heldhaftige vlootvoogd, werd in 1463 te Lissabon geboren en was de grondlegger van de heerschappij der Portugezen in Oost-Indië. Vooral de kusten der Indische zee waren getuigen van zijne heldendaden en hij wist het gezag van zijn Koning te doen eerbiedigen aan een vijand, die te vergeefs tegen hem optrok met eene scheeps- en legermagt, zestigmaal zoo groot als de zijne. Indische en Perzische vorsten eerbiedigden zijne dapperheid en zonden hem gezanten en geschenken.
Doch ook hij ondervond, even als Columbus, de ondankbaarheid der vorsten. Emanuël de Groote, voorheen de ijverige begunstiger van Albuquerque, zond een nieuwen onderkoning in zijne plaats naar Goa. Eene aansporing om in de keerkringslanden een zelfstandig rijk te stichten, wees Albuquerque met verontwaardiging van de hand. Diep gekrenkt overleed hij te Goa op den 16den September 1515 aan boord van zijn schip en liet een zoon achter, dien hij aanbeval in de gunst van den Koning van Portugal. Hij is een der heldhaftigste figuren in de geschiedenis van zijn vaderland.
