VILLEN - (vilde, heeft gevild), van het vel ontdoen : een dood -paard villen, de huid afstroopen; slecht scheren: die barbier heeft je leelijk gevild;
— het vleesch villen, het slecht voorsnijden;
— (fig.) iem. villen, hem geld afpersen, te veel laten betalen. VILLING, v. (-en), het villen.