Gepubliceerd op 02-12-2018

Tuimelen

betekenis & definitie

Tuimelen - (tuimelde, heeft en is getuimeld), onderst boven rollen; afrollen, naar beneden wentelen: van de trap tuimelen; hals over kop vallen : van een hek, uit een raam tuimelen: (fig.) bankroet gaan; staat en rang, aanzien verliezen ; uit zijn betrekking ontslagen worden.