Gepubliceerd op 02-12-2018

Teek

betekenis & definitie

Teek - v. (teken), TIEK, v. (-en), (nat. hist.) eene familie der mijten (ixodidae) die zich op de huid van zoogdieren vastzuigen en zich met hun bloed voeden: de hondenteek (ixodes ricinus) komt bij ons veel op honden voor; schapenteek (ixodes reduvius); de Perzische teek (argas persicus) veroorzaakt bij menschen boosaardige zweren. TEEKJE, o. (-s).