Strubbelen - (strubbelde, heeft gestrubbeld), (gew.) kijven, twist hebben. STRUBBELING, v. het strubbelen ; moeite, bezwaar, beslommering: dat zal veel strubbeling geven; inz. oneenigheid, kleine twist: strubbeling met iem. hebben, krijgen; dat geeft weer strubbeling, dat geeft weer ongenoegen.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk