Het begrip slik heeft 2 verschillende betekenissen:
1. slik - SLIK - o. en v. slijk : je schoenen zitten met slik; in de slik vallen.
2. slik - SLIK - m. het slikken; zooveel men in eens kan af- of oplikken: een slik honing;
— (gew.) een slik verf, spat verf.