Gepubliceerd op 29-11-2018

Schatten

betekenis & definitie

Schatten - (schatte, heeft geschat), daarvoor houden, meenen, achten : de hoogte van een toren schatten; iemands leeftijd schatten, ik schat dit een onwaardeerbaar voorrecht;

— hij wordt op een millioen geschat, men beweert , dat hij een milioen rijk is;
— van waarde achten, op prijs stellen: hij wordt door iedereen geschat; een zeer geschat vriend;
— waardeeren, den prijs bepalen (van overheidswege): brood, vleesch schatten; hoe duur schat gij dit huis, deze zijde ?; deskundigen hebben de schade geschat op 1000 gulden, begroot;
— zijne meubels laten schatten, er de vermoedelijke waarde van laten bepalen, inz. in betrekking tot te betalen belasting;
— voor zekere som in de belasting aanslaan : men heeft mij veel te hoog geschat;
— zich rekenen : hij mag zich nog gelukkig schatten.