Het begrip scharrelaar heeft 2 verschillende betekenissen:
1. scharrelaar - scharrelaar - m. (-s), iem. die scharrelt;
— iem. die armen en beenen druk beweegt zonder veel vooruit te komen bij het schaatsenrijden, slecht schaatsenrijder;
— iem. die nu eens dit, dan weer dat ter hand neemt, om zijn brood te verdienen, inz. venter: het is zoo’n scharrelaar;
— iem. die slechts met moeite in zijn onderhoud voorziet;
— iem. die telkens met een ander meisje scharrelt.
2. scharrelaar - scharrelaar - m. (-s), gewone scharrelaar, zekere vogel (coracias garrula), zoo groot als eene kerkkauw, maar slanker; hij wordt in de gematigde en warme streken van Europa, in het gematigde deel van Siberië en in Azië tot in Bengalen aangetroffen; hij overwintert in Noord-Afrika; in ons land wordt hij slechts zelden gezien.