Gepubliceerd op 22-11-2018

Plaatselijk

betekenis & definitie

Plaatselijk bn. bw. van eene plaats, eene gemeente: het plaatselijk bestuur; de plaatselijke bevelhebber, commandant; plaatselijke verordeningen, gemeente-verordeningen; plaatselijke goederen, die eene gemeente toebehooren; de plaatselijke gesteldheid;

wat aan eene plaats bijzonder eigen is: plaatselijke gewoonten en gebruiken;
— (gen.) zich tot eene zekere plaats van het lichaam bepalende: een plaatselijk gebrek;
— plaatselijke geneesmiddelen, uitwendig; een plaatselijk bad, koorts; iets plaatselijk behandelen, heelkundig;
— iets plaatselijk onderzoeken, beschouwen, op de betreffende plaats;
— een plaatselijk onderzoek werd ingesteld.

< >