Opnoemen (noemde op, heeft opgenoemd), achtereen, na elkander noemen : de dagen van de week, de maanden van het jaar opnoemen;
— appel houden;
— stuksgewijze optellen : hij noemde al zijne bezittingen op. OPNOEMING, v. (-en).
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: