Gepubliceerd op 01-11-2018

Ongelegenheid

betekenis & definitie

Ongelegenheid v. ongunstige gesteldheid: door ongelegenheid van het weer;

—in ongelegenheid zijn, geraken, thans inz. door geldgebrek; iem. in ongelegenheid brengen, in moeilijkheden; de Hugenooten dachten hun voordeel te doen met zijn ongelegenheid, met den ongunstigen toestand waarin hij zich bevond.