Omzoeken (zocht om, heeft omgezocht), zoekend rondloopen, overal naar iets zoeken: hoe we ook omgezocht hebben, we hebben de verloren boeken niet kunnen vinden; hij heeft meer dan eens naar eene brave vrouw omgezocht;
— in of op iets omzoeken, er zonder orde of plan hier en daar in of op zoeken en rondkijken: hij heeft vrij wat in het Archief omgezocht, maar het bedoelde stuk niet gevonden; of ge al op den vloer omzoekt, ‘t zal u wel niet veel helpen;
— (van voorw., waarin iets besloten is) ze doorzoeken, zoodanig er in zoeken, dat hetgeen er in besloten is, wordt dooreengehaald: zij hebben kisten en kasten omgezocht, maar niets gevonden; nadat de dieven alles omgezocht hadden. OMZOEKING, v. het omzoeken.
