DRAAGLIJK, bn. bw. (-er, -st), te verdragen de koude is draaglijk;
— tamelijk, vrijwel: hoe is *t met den zieke ? nogal draaglijk; hij zingt en teekent draaglijk, tamelijk middelmatig. DRAAGLIJKHEID, v.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: