Gepubliceerd op 01-09-2018

Boekweitfooi

betekenis & definitie

BOEKWEITFOOI, v. (-en), (gew.) het maal door de boeren na afloop van het boekweitdorschen aan hun knechts en meiden gegeven;

...GEWAS, o. (-sen);
...JAAR, o. (...jaren) wij hebben een goed boekweitjaar te wachten, jaar waarin de oogst van de boekweit ruim zal zijn;
...KRUID, o. (Zuidn.) een onkruid (polygonum convolvulus) in moeshoven en vruchtbaar bouwland ook reng en windeboekweit geheeten;
...OOGST m.

< >