Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Wals

betekenis & definitie

v. (-en),

1. oorspr. Zuidduitse, sedert het begin der 19de eeuw algemeen bekend gewrorden en nog thans zeer geliefde dans in ¾ maat; — muziek die daarbij gespeeld wordt: een wals spelen ; de walsen van Strauss;
2.om een as wentelende zware, harde (meest stalen) cylinder, dienende om iets te pletten, te harden of te vormen: het wegdek wordt met een wals vlak gemaakt; de meeste walsmachines hebben twee walsen; de walsen van een mangel, de mangelrollen;
3. toestel met twee of meer cylinders zoals onder 2. bedoeld ; — universele ivals, met twee horizontale en twee verticale rollen.