Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Volleerd

betekenis & definitie

bn., op zeker gebied of voor zeker doel alles geleerd hebbende: een volleerd bankwerker; volleerd in de middeleeuwse geschiedenis ; de Kunst ten halve slechts aan Meesters af te zien, en voor volleerd zich in hun rij te zetten, loopt op beschaming uit (Storing); hij is volleerd in het kwaad, daarin doorkneed; een volleerde schurk, doortrapt.

< >