Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Lijken

betekenis & definitie

(leek, heeft geleken),

1. overeenkomst hebben of tonen, gelijkenis hebben (met), oorspr. met een datief, thans alleen met een vz.bep. en als koppelww.: hij lijkt sprekend op zijn vader; zij lijken op elkaar als twee druppels water; — portretten lijken dikwijls slecht, geven de trekken van de afgebeelde persoon niet nauwkeurig weer; — dat lijkt er niet naar, dat scheelt veel, er ontbreekt veel aan, het is er ver van af; — dat lijkt nergens naar, daar deugt niets van; (ook) dat komt volstrekt niet te pas; — dat lijkt heel wat, ziet er uit, alsof het van veel betekenis is (maar is het in werkelijkheid niet); — het lijkt wel niets, het is helemaal niet goed; — dat lijkt maar zo, in werkelijkheid is het niet zo;
2. schijnen: het lijkt wel te regenen (ook ironisch, als men ziet dat het stortregent); — hij lijkt wel gek hij lijkt wel een razende.