Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Javaans

betekenis & definitie

I. bn., van, uit Java: de Javaanse taal; dat is echt Javaans;

II. zn. o., de Javaanse taal. het Hoogjavaans wordt gesproken tot meerderen, ook door aanzienlijken onderling, terwijl de lagere stand zich van het Laagjavaans bedient en daarin ook wordt toegesproken.