Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Grafelijk

betekenis & definitie

ook GRAAFLIJK, bn. bw.,

1. aan een graaf toekomende : het grafelijk bewind ; grafelijke goederen ; een grafelijke titel; — 2. door een graaf aangesteld, uitgevaardigd enz. : een graf dijk ambtenaar; een grafelijke vrijbrief;
3. het grafelijk tijdperk, toen de graven als landsheer regeerden, onder de graven ;
4. van een graaf afstammende : hij is van grafelijk bloed.

< >