(<Fr.), bn.,
1. de eerste beginselen of de grondslagen betreffend of omvattend: elementaire kennis; elementair onderwijs;
2. de bestanddelen vormend of betreffend: elementaire deeltjes; elementaire analyse, zie Elementair analyse;
3. met betr. tot de chemische elementen: de elementaire samenstelling van een stof ;
4. van den aard van een element in de bet. 1, meest in de verb. met elementaire kracht, met onweerstaanbaar geweld; — elementaire geesten, geesten die naar het oude geloof in de vier elementen huisden: de gnomen in de aarde, de undinen in het water, de sylphen in de lucht en de salamanders in het vuur.