Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Bet

betekenis & definitie

I. meisjesnaam, verkorting van Elizabeth.

II. BET, bw., veroud. voor beter; komt alleen nog voor in een enkel rijmpje (hik, sprik, sprouw enz., ik geef de hik aan een ander man, die ’em bet verdragen kan) en in de samenstellingen betweter, betovergrootvader, -moeder.