Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Johan

betekenis & definitie

Johan - de Bestendige, zoon van Ernst, keurvorst van Saksen, geb. 1468, nam onder keizer Maximiliaan I deel aan de oorlogen tegen Venetië en Hongarije en volgde in 1525 zijn broeder Frederik den Wijze op in Saksen. Evenals deze een voorstander van de Hervorming, sloot hij met de andere Hervormde vorsten het verbond van Torgau (1526), ten einde sterk te staan tegenover keizer Karel V, van wien men vermoedde, dat hij tegen de Hervormden wilde optreden. Hierdoor sterk konden Herv. vorsten op den eersten Rijksdag van Spiers (1516) verhinderen, dat de bepalingen van ’t Edict van Worms zouden worden doorgevoerd en wisten zij te verkrijgen, dat de vorsten zelf de godsdienstzaken zouden regelen tot een concilie de kerk. aangelegenheden had geregeld. Hiervan maakte Johan gebruik om met hulp van Luther de kerk op evangelischen grondslag in te richten (1528).

Wanneer op den tweeden Rijksdag van Spiers de kath. meerderheid der vorsten de concessies aan de Herv. gegeven wil intrekken, verklaren J. en zijn bondgenooten hierin niet de meening der meerderheid te kunnen volgen en zenden zij een protest in (Protestanten 1529) en teekenen zij de Augsburger Confessie (1530). Daar zij een gewapend optreden van den keizer vreezen, sluiten zij te Smalkalden een offensief en defensief verbond (Smalkald. Verbond 1530), waarvan J. de leider wordt, ’t Verbond weigert Ferdinand als Roomsch-koning te erkennen. De keizer kon niet tegen de Protestanten optreden, maar moest hun bij den vrede van Neurenberg (1532) vrijheid van godsdienst laten. Kort na dezen vrede stierf J.